Dierenpolitie omgezet in 180 'taakaccenthouders'

11-02-2013

Vorige week werd bekend dat minister Opstelten van Veiligheid en Justitie het nummer '144 red een dier' in de lucht houdt. Bij de nieuwe nationale politie zullen in Robuuste Basis Teams (RBT's) 180 zogeheten taakacccenthouders belast worden met de bestrijding van dierenmishandeling, en niet de 500 dierenpolitieagenten die oorspronkelijk beoogd waren.

Een en ander staat in het rapport ‘Dierenwelzijn in het vizier’ dat vorige week aan de Tweede Kamer werd aangeboden. Het kabinet Rutte 1 wilde dierenmishandeling gericht aanpakken met de oprichting van de dierenpolitie. Sinds 2011 zijn hiervoor ongeveer 180 agenten opgeleid. In 2011 werden 46.000 meldingen bij de politie geregistreerd, in de eerste helft van 2012 waren dat er 28.000. Er lijkt dus sprake van een toename. Op basis van een beperkte steekproef geeft het rapport aan dat er in meer dan 60 procent van de gevallen geen sprake was van mishandeling of verwaarlozing.

Het meldnummer is in november 2011 opengesteld. De bijna 40.000 meldingen in de eerste negen maanden van het meldnummer werden overdragen aan diverse instanties, waaronder de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming. De dierenpolitie neemt ongeveer een vijfde van de meldingen voor haar rekening. Het voor die tijd bestaande meldnummer van de Dierenbescherming kreeg op jaarbasis 40.000 telefoontjes waarvan ongeveer 8000 leidden tot een klacht. Sinds de invoering van het meldnummer 144 is het aantal meldingen toegenomen.