Sluiten

Nieuwe regels registratie paardachtigen

20-04-2021

Per 21 april 2021 komen er nieuwe Europese regels rondom de Identificatie & Registratie (I&R) van paardachtigen, zoals paarden en ezels. De nieuwe regelgeving houdt in dat alle locaties waar paardachtigen worden gehouden moeten worden geregistreerd. 

Het volgende moet hiervoor geregeld worden:

  1. Iedere locatie waar paardachtigen staan moet een Uniek Bedrijfsnummer (UBN) hebben
  2. De paardachtigen die gehouden worden op die locatie moeten gekoppeld worden aan dat UBN

Ook hobbyhouders moeten een UBN aanvragen als zij paardachtigen thuis houden.

U kunt een UBN aanvragen op mijn.rvo.nl. Heeft u al een UBN, dan kunt u aan de bestaande UBN de diersoort paardachtigen toevoegen. Op de website van RVO vindt u een handleiding waarin uitgelegd wordt hoe dit moet.

Registreren van het dier en van de locatie - twee verschillende zaken

De registratie van paardachtigen gebeurt nu ook al via het verplichte chippen in combinatie met het aanvragen van een paspoort. Dit wordt geregeld via de paspoort uitgevende instanties (ppi's). Met de zoekfunctie van RVO kunt u controleren of uw dieren al goed geregistreerd staan. Staat uw dier niet, of niet goed geregistreerd? Neem dan contact op met de ppi die het paspoort van uw dier heeft uitgegeven. De ppi zorgt dan alsnog voor een goede eerste registratie van uw dier. Is uw dier geïmporteerd? Neem dan ook contact op met een Nederlandse ppi, zodat de eerste registratie van uw dier geregeld kan worden. Een lijst met ppi’s staat op de RVO pagina Aanvragen en regels paardenpaspoort.

Staat uw dier goed geregistreerd bij RVO? Dan moet het dier vervolgens gekoppeld worden aan een UBN. Dit kan via Paarden melden op mijn.rvo.nl en moet geregeld worden door de locatiehouder. Hiervoor zijn gegevens over de locatie (UBN) en de ID-code (UELN-levensnummer of chipnummer) van het dier nodig.

Wie regelt wat?

De houder van het dier is degene die de dagelijkse besluitvorming heeft over het dier. In de meeste gevallen is dat de eigenaar. De houder van het dier is verantwoordelijk voor de registratie van het dier in het I&R systeem. Dit verloopt via een ppi. 

De houder van de locatie is verantwoordelijk voor de registratie van de locatie waar paardachtigen gehouden worden. Hij/zij moet een UBN aanvragen en de dieren op die locatie koppelen aan dat UBN.

De houder van een locatie is de eigenaar, de huurder of de bruiklener van een locatie. Dit kan dezelfde persoon zijn als de houder van het dier, maar dat hoeft niet. De houder van de locatie kan ook de pensionstalhouder zijn, of bijvoorbeeld de eigenaar van het weiland waarop uw dieren staan.

Wijzigingen bijhouden

Is uw dier gekoppeld aan een UBN? Dan moeten tijdelijke verplaatsingen van het dier (langer dan 1 dag, maar korter dan 30 dagen) in een eigen (stal)administratie bijgehouden worden. Deze administratie moet minimaal 3 jaar bewaard blijven.

Verplaatst u uw dier definitief naar een andere locatie of voor een periode langer dan 30 dagen? Dan moet dit door de locatiehouder(s) bij RVO doorgegeven worden. 

Wordt er een veulen geboren? De eerste registratie in het I&R systeem gebeurt door een ppi, dit wordt geregeld door de eigenaar van het veulen. Daarna moet het veulen gekoppeld worden aan de UBN van de locatie waar het veulen zich bevindt. Dat moet geregeld worden door de locatiehouder.

Meer informatie

RVO – alles over de identificatie en registratie van dieren

RVO – UBN registreren en wijzigen

RVO – paarden melden

RVO – zoekfunctie om te kijken of uw dier juist geregistreerd staat