Wetgeving over fokken en verkopen van honden
Als u een hond wilt kopen, is het belangrijk dat u weet welke wetten en regels hiervoor gelden. U kunt dan controleren of de verkoper zich wel aan de wet houdt. En u weet waar u zich zelf aan moet houden. Hier vindt u een kort overzicht van de wetgeving waarmee u te maken kunt krijgen.
Elke fokker moet geregistreerd staan
Sinds 1 november 2021 is het voor alle fokkers, dus óók voor hobbyfokkers of voor gelegenheidsfokkers die één keer een nestje krijgen, verplicht zich te registreren bij RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland). Zij krijgen dan een UBN, dit is een registratienummer. Dit is nodig om de pups te kunnen laten chippen en registreren en een EU-dierenpaspoort voor de pups te kunnen krijgen.
Bedrijfsmatige fokkers moeten een UBN hebben voor bedrijfsmatige houders, andere fokkers krijgen een UBN voor niet-bedrijfsmatige houders.
Chip- en registratieverplichting en een EU-dierenpaspoort
Elke hond moet een chip hebben en geregistreerd staan via een portaal (databank). Een hond mag alleen van eigenaar wisselen als hij gechipt is, geregistreerd staat op naam van de verkoper of importeur en een EU-dierenpaspoort heeft. Koopt u een hond (of adopteert u een hond) waarbij een van die dingen ontbreekt, dan zijn zowel de verkoper als u in overtreding.
Nadat u een hond heeft gekocht of geadopteerd moet u binnen twee weken de registratie op uw naam en adres zetten via een portaal en de vorige eigenaar moet zich afmelden.
Haalt u een hond uit het buitenland? Dan moet de dierenarts de chip van de hond voor u registreren. Haalt u een hond uit een land buiten de EU, dan heeft het dier nog geen EU-dierenpaspoort maar een gezondheidscertificaat. U bent dan verplicht om zelf een EU-dierenpaspoort te laten maken bij de dierenarts. U moet hiervoor zelf een UBN aanvragen bij RVO, dit is nodig voor het maken van het paspoort en registreren van de chip.
Meer over wetgeving rond chippen en registreren leest u op www.chipjedier.nl.
Vakbekwaamheid
Wie bedrijfsmatig (met enige regelmaat en in elk geval bij meer dan 20 pups per jaar) honden fokt, houdt en/of verkoopt moet een diploma Vakbekwaamheid Hond en Kat hebben. Dit geldt bijvoorbeeld voor hondenfokkers, asielen en pensions. Dit staat in het Besluit houders van dieren (voor juli 2014 gold hiervoor het Honden- en Kattenbesluit (HKB)). Meer informatie over bedrijfsmatigheid en hoe u dat beoordeelt, leest u bij RVO.
Besluit houders van dieren: algemene wetgeving over fokken
Het Besluit houders van dieren stelt een aantal voorwaarden aan het fokken met honden.
Een teef mag niet meer dan 1 nestje krijgen per 12 maanden.
Er mag niet gefokt worden met dieren op een manier die slecht is voor het welzijn en de gezondheid van de teef of de pups. Dat betekent dat in elk geval niet gefokt mag worden als de kans bestaat dat de pups daarbij:
- ernstige erfelijke afwijkingen en ziekten kunnen krijgen;
- uiterlijke kenmerken kunnen krijgen die slecht zijn voor hun gezondheid of welzijn. Een voorbeeld daarvan is het fokken met honden die een te platte neus hebben (zie ook de beleidsregel hierover);
- ernstige gedragsafwijkingen kunnen krijgen.
Pups mogen pas bij hun moeder weg als ze tenminste 7 weken oud zijn.
Besluit houders van dieren: wetgeving over bedrijfsmatig fokken en verkopen
Het Besluit houders van dieren geeft nog extra regels voor wie bedrijfsmatig honden houdt of fokt met honden.
Er worden eisen gesteld aan huisvesting en basisverzorging. Honden moeten bovendien elke dag tijd kunnen doorbrengen in een andere ruimte dan die waarin ze gehouden worden (bijvoorbeeld buiten), behalve als dit niet kan vanwege hun gezondheidstoestand.
Bij pups geldt dat de fokker ervoor moet zorgen dat ze wennen aan de omgang met mensen en andere diersoorten die van belang zijn en aan omstandigheden waaronder ze later gehouden zullen worden (denk aan normale huiselijke geluiden). Ook moeten ze voldoende kans krijgen om hondengedrag te leren en te vertonen.
Bij verkoop moet schriftelijke informatie worden meegegeven over de verzorging, de huisvesting en het gedrag van honden en de kosten waarmee u te maken krijgt bij het houden van een hond. Dit kan bijvoorbeeld de Huisdierenbijsluiter Hond zijn van het LICG.
Er mogen geen dieren verkocht worden aan personen onder 16 jaar oud.
Verboden ingrepen
In de Wet dieren staat dat het verboden is om bij honden de oren of de staart te couperen of om bijklauwtjes (ook ‘wolfsklauwtjes’ of ‘Hubertusklauwen’ genoemd) te laten verwijderen. Zoiets mag alleen als het medisch noodzakelijk is.
Verplicht vaccineren
In de Regeling houders van dieren staat dat bedrijfsmatige houders van honden verplicht zijn om pups te laten vaccineren tegen parvo, hondenziekte en hepatitis voordat ze 7 weken oud zijn en tenminste 7 dagen voordat ze naar een nieuwe eigenaar gaan. Bedrijfsmatige houders van volwassen honden moeten ook zorgen dat de honden gevaccineerd zijn tegen deze ziektes, minimaal 7 dagen voordat ze naar een nieuwe eigenaar gaan. Bovendien moeten de vaccinaties bijtijds herhaald worden zodat ze niet verlopen.
Garantie
Koopt u een hond bij een bedrijfsmatige fokker of handelaar, dan geldt het consumentenrecht (meer informatie over bedrijfsmatigheid en hoe u dat beoordeelt, leest u bij RVO).
Consumentenrecht
Het gekochte dier moet voldoen aan de eisen die normaal gesproken aan dit dier kunnen worden gesteld. Omdat een hond een levend wezen is kan de verkoper nooit 100% garanderen dat de hond gezond is en blijft. De verkoper moet echter wel kunnen aantonen dat hij er alles aan heeft gedaan om hiervoor te zorgen.
Als de hond iets mankeert binnen een jaar na aankoop wat te wijten kan zijn aan de verkoper, dan heeft u garantie, tenzij de verkoper kan aantonen dat hij daar niets aan had kunnen doen. U heeft dan in principe het recht om de hond terug te geven en een nieuwe te krijgen of uw geld terug te krijgen. De verkoper kan ook het gebrek laten herstellen of een deel van de dierenartskosten betalen, maar meestal niet meer dan de verkoopprijs. Is er iets mis, overleg dan eerst met de verkoper voordat u de kosten maakt!
Vooraf zelf goed opletten
U als koper moet ook voldoen aan uw onderzoeksplicht. U moet dus, voordat u de hond koopt, zelf goed opletten of er iets mankeert aan het dier. Koopt u een pup, gebruik dan de LICG puppy-checklist. Het is ook verstandig om kort na aankoop bij uw dierenarts langs te gaan voor een kennismaking en gezondheidscheck.
Het kan soms lastig zijn om van de verkoper te krijgen waar u recht op heeft. Ook dit is een reden om niet te snel te beslissen en alleen bij betrouwbare verkopers te kopen! Meer over consumentenrecht en garantie leest u in het Praktisch document Consumentenrecht.
Als het consumentenrecht niet geldt
Koopt u bij iemand die niet bedrijfsmatig werkt, zoals een hobbyfokker of van een particulier, dan geldt het consumentenrecht niet en heeft u dus ook niet zomaar garantie. Als u bij een niet-bedrijfsmatige fokker een pup gekocht heeft die een ernstige erfelijke aandoening blijkt te hebben, dan maakt u soms wel kans op een schadevergoeding. Ook deze fokkers moeten zich namelijk aan de wet houden die zegt dat er niet gefokt mag worden als er kans is op erfelijke aandoeningen bij de pups. Een rechter kan dus besluiten dat u toch recht heeft op schadevergoeding. Denkt u erover om een rechtszaak te beginnen in zo’n geval, vraag dan eerst advies aan een jurist.
